Lars van Alfen vindt dat BZC Brandenburg goed op weg is

Artikel in de Biltsche Courant  van 26 Oktober 2016.

De talentvolle waterpoloër Lars van Alfen (20) uit Bilthoven keerde afgelopen zomer na drie jaar bij ZPC Amersfoort terug bij BZC Brandenburg, dat nog steeds op de eerste competitie- zege wacht na hun rentree in de eredivisie. “Het wordt hoog tijd dat we een overwinning pakken.’’

Bilthoven – Lars van Alfen had afgelopen weekend in het KNZB-bekertoernooi een weerzien met zijn oude club ZPC Amersfoort, waar hij de laatste drie seizoenen actief was. Met BZC Brandenburg werd Van Alfen weliswaar uit- geschakeld (uit 12-5 en thuis 12-16), maar toch hield de Bilt- hovense waterpoloër een te- vreden gevoel over aan de saillante duels. “Het was leuk om iedereen bij ZPC weer te zien’,’ stelt Van Alfen. “We hebben terecht verloren, maar afgelopen zondag bleven we er thuis tot het einde voor gaan en hielden we de schade beperkt. We zijn dus op de goede weg.’’

Van Alfen degradeerde als 16-jarige huistalent in zijn eerste seizoen in de hoofd- macht van Brandenburg uit de eredivisie. Daarna koos de toenmalig jeugdinternational ervoor om te verkassen naar de Keistad, om zodoende op hoogste nationale waterpolo niveau te kunnen blijven acteren. “Het waren zeker geen verloren jaren”, meent Van Alfen. “Ik heb bij ZPC veel geleerd. Het laatste half jaar kreeg ik echter onder een nieuwe coach weinig speel- tijd. Toen Brandenburg eind vorig seizoen naar de eredivisie promoveerde, was de keuze om terug te keren dan ook eenvoudig. Ik wil mij als waterpoloër verder blijven ontwikkelen.

Zijn droom ooit om als waterpoloër de Olympische spelen te halen, gaf Van Alfen niettemin ruim drie jaar geleden al op. “Ik heb toen bewust voor mijn maatschappelijke loopbaan gekozen”, zegt de eerstejaars HBO-student commerciële bedrijfseconomie. “Ik had wel volledig voor het nationaal team kunnen gaan, maar dan verdien je weinig en de kans dat je de spelen haalt is in een klein waterpololand als Nederland klein. Uiteindelijk hebben ze het in het kwalificatietoernooi voor Rio op strafworpen net niet gehaald.

Tja, dan heb je een paar jaar van je leven voor niets opgeofferd. Ik denk dus dat ik de juist keus heb gemaakt.’’ Neemt niet weg dat de relatief kleine allrounder (1.80 meter) nog steeds een ware plaaggeest kan zijn voor zijn directe tegenstrevers. “Ik ben best wel irritant’’, gniffelt Van Alfen. “Ik moet het niet direct hebben van mijn fysieke kracht, maar ben wel druk in het water. Beweeglijk. Dat vinden tegenstanders niet fijn. Ha, dan gaan ze vaak slaan of schoppen. Ik probeer ze andersom op snelheid en techniek de baas te zijn. Op die manier kan ik ook anderen in stelling om te scoren. Bij Brandenburg moeten we het vooral van ons teamspel hebben.’’